Rollen en verantwoordelijkheden

Deze pagina beschrijft de rollen en verantwoordelijkheden na een crisismelding met opvoed- en opgroeiproblemen als hoofdoorzaak.

De verwijzer

De verwijzer:

  • neemt binnen twee uur contact op met het gezin in kwestie en maakt een afspraak voor een startgesprek in overleg met de medewerker ambulante crisishulp. Dit gesprek vindt uiterlijk de eerstvolgende werkdag plaats.
  • zorgt of laat zorgen dat er binnen een week een beschikking is.
  • voert perspectiefregie uit of schakelt een perspectiefregisseur in, zodat er actieve regie is op het toekomstperspectief van de jeugdige. De perspectiefregie is het liefst binnen twee werkdagen (gewenste praktijk), maar uiterlijk binnen veertien werkdagen (huidige praktijk) actief.

De perspectiefregisseur

De perspectiefregisseur:

  • is samen met de verwijzer aanwezig bij het perspectiefstartgesprek. Uit dit gesprek volgt het advies over het toekomstperspectief van de jeugdige. Het is ook het overdrachtsmoment tussen verwijzer en perspectiefregisseur. Voert de verwijzer zelf perspectiefregie uit, dan is er geen overdracht nodig.
  • is aanwezig bij eventuele vervolgevaluaties om het toekomstperspectief voor de jeugdige (verder) in kaart te brengen samen met de jeugdige en de (pleeg)ouder(s).
  • stuurt op wat er nodig is om het toekomstperspectief te realiseren. 

De door het crisiscoördinatiepunt geselecteerde aanbieder

De door het crisiscoördinatiepunt geselecteerde aanbieder zorgt per direct dat er een crisisbed beschikbaar is.

Uitzondering 1: Lukt dit niet? Dan gaat de aanbieder op zoek naar een passend alternatief voor de jeugdige. Dit gebeurt in afstemming met de verwijzer en in nauwe samenwerking met collega-aanbieders. De aanbieder stelt het crisiscoördinatiepunt op de hoogte van de gekozen oplossing.

Uitzondering 2: De aanbieder regelt geen crisisbed wanneer een jeugdige al een beschikking heeft voor verblijf (exclusief pleegzorg). Ontstaat er thuis een crisis terwijl de jeugdige op de wachtlijst staat voor verblijf? Dan is de aanbieder van de betreffende verblijfsvoorziening verantwoordelijk om passende hulp te bieden/organiseren.

De medewerker ambulante crisishulp

De medewerker ambulante crisishulp is binnen 24 uur fysiek aanwezig in het gezin samen met de verwijzer. Is een plaatsing in een netwerk- of pleeggezin of een crisisgroep aan de orde? Dan stemt de verwijzer met de medewerker ambulante crisishulp af wie de jeugdige naar de locatie brengt.

Het crisiscoördinatiepunt

Toegang tot crisisinterventies vindt altijd plaats via het crisiscoördinatiepunt. Het coördinatiepunt is een:

  • loket voor aanmeldingen voor ambulante crisishulp in Flevolandse gemeenten op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur.
  • informatiepunt voor de beschikbaarheid van en toeleiding naar crisishulp met verblijf in Flevoland (pleegzorg, crisisverblijf 12- en 12+) op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur. Er is een actueel overzicht van het aantal beschikbare crisisbedden.
  • registratiepunt voor het gebruik van ambulante crisishulp en crisishulp met verblijf. Het crisiscoördinatiepunt registreert verschillende aspecten van gemelde crisissen. Dit biedt input voor kwartaalrapportages die helpen om waar nodig actief te sturen op een betere crisisaanpak. 

Een administratief medewerker bemenst het crisiscoördinatiepunt. Hij of zij beschikt niet over inhoudelijke expertise. De medewerker geeft binnen één uur uitsluitsel over verzoeken.

Begrippen

  • Het startgesprek vindt uiterlijk plaats op de eerstvolgende werkdag na de melding van de crisis. In dit gesprek worden vooral praktische zaken besproken.
  • Het perspectiefstartgesprek vindt in de huidige uitvoeringspraktijk plaats binnen maximaal veertien werkdagen na de melding van de crisis. Het is een evaluatiegesprek om samen met de jeugdige en de (pleeg)ouder(s) het toekomstperspectief helder te krijgen. In de gewenste uitvoeringspraktijk vindt het gesprek al binnen maximaal twee werkdagen plaats. Deelnemers zijn naast de jeugdige en de (pleeg)ouder(s) ook de verwijzer en de perspectiefregisseur.
  • Perspectiefregie is actieve regie op het toekomstperspectief van een jeugdige. Voor jeugdigen in het vrijwillig kader (inclusief preventieve jeugdbescherming) is de perspectiefregisseur altijd iemand van de lokale toegang (dit kan dezelfde persoon zijn als de verwijzer). Voor jeugdigen in het gedwongen kader is de jeugdbeschermer de perspectiefregisseur. Let op: bij iedere gemeente heeft perspectiefregie een andere naam, maar de functie is in alle gemeenten gelijk.
  • Ambulante crisishulp is intensieve hulp aan jeugdigen en hun gezin en/of netwerk. Deze hulpvorm duurt in principe maximaal vier weken. Het doel is het oplossen van acute problemen, het herstellen van het evenwicht in het gezin en het voorkomen van uithuisplaatsing van een of meer jeugdigen. Is er al reguliere ambulante hulp aanwezig? Zet dan alsnog ambulante crisishulp in. De ambulant hulpverlener kan op de achtergrond betrokken blijven. Wijk hier alleen vanaf als de ambulante hulp zo intensief kan zijn dat deze vergelijkbaar is met ambulante crisishulp. Dit betekent dat de ambulante hulpverlener: 
    • binnen 24 uur beschikbaar is voor het gezin;
    • ook buiten kantoortijden flexibel beschikbaar is;
    • minimaal acht tot tien uur per week contact heeft met de jeugdige/het gezin.
  • Een crisisbed is een bed dat direct beschikbaar is bij een acuut onveilige opvoedsituatie. Jeugdigen gebruiken zo'n bed in principe voor zo kort mogelijk. Binnen twee werkdagen moet er helderheid zijn over het perspectief op korte termijn (terug naar huis, naar het netwerk, langer crisisverblijf met een maximum van 28 dagen). 
  • Een noodbed is een tijdelijk crisisbed voor meldingen buiten kantoortijden. Het bed is beschikbaar tot aan de eerstvolgende werkdag om 10.00 uur.
  • Een time-outbed is een tijdelijk bed als onderdeel van een integraal, intensief aanbod als een Volledig Pakket Thuis of FACT. De toegang verloopt niet via het crisiscoördinatiepunt en is de verantwoordelijkheid van de uitvoerend aanbieder zelf.